Vandaag staat er een nieuwe gastblog online van Celine Bron. Ze neemt je mee in haar tak van sport: BMX! Lees snel verder om meer te weten te komen over deze toffe sport.
Kort gezegd is het een baan tussen de 300 en 400m lang. Met een startheuvel, (meestal) 3 bochten met daarin heuvels. Bovenaan de startheuvel is er een starthek. Er kunnen maximaal 8 rijders te gelijk starten.
Het doel van BMX is ook heel simpel: Zo snel mogelijk op je crossfiets over speciaal aangelegde baan met een startheuvel, bochten en bulten.
Het starthek
Toch is het af en toe minder makkelijk dan het klinkt. Het begint bij het starthek. Op het moment dat iedereen tegen het hek aan staat, klikt de starter op de startknop. Je hoort dan ‘’Ok riders, random start, watch the gate…’’. Dit wordt gevolgd door een piepsein in combinatie met stoplichten die van rood, naar oranje en groen gaan. Op groen valt het starthek en begint het echt. Vroeger was elke startijd hetzelfde. Hiermee kon je, je start tot op 320 milliseconden (!!) nauwkeurig trainen. Sinds enkele jaren werken we met een random gate en kan dit niet meer. Het hek valt elke keer anders.
Vervolgens kom je aan bij de eerste heuvel. Waar je 3 keuzes hebt: ga ik veren, springen of achterwielen? Ieder heuvel en iedere baan is anders. Je keuze is dus ook steeds anders! Dit maakt de sport lekker divers!
In Nederland heb je verschillende soorten banen. Als eerste heb je de ‘’reguliere’’ banen. De startheuvel op deze banen is ongeveer 6 meter hoog. Iedereen kan hier op een BMX fiets op fietsen. In sommige van deze banen ligt een zogenoemd ‘’Pro-sectie’’-stuk. Dit is een stuk voor de Junior en Elite mannen. Dit zijn jongens van minimaal 17 jaar oud. In dit stuk liggen heuvels die je echt moet springen. Tussen die bulten in ligt vaak gras.
Naast alleen een los ‘’Pro-sectie’’ stuk, bestaan er ook Pro-sectie banen (zoals bijvoorbeeld Papendal). Hier is een startheuvel van 9 meter en heuvels die je moet springen. Hierin liggen 2 stukken. Een vrouwen stuk en een mannenstuk. Elite Women, Elite Men en Junior Women en Junior Men mogen hierover heen. Op zulk soort banen worden de zogenaamde World Cups gereden en kun je een tickets voor de Olympische Spelen bemachtigen.
Maar hoe is BMX nu ooit ontstaan?
BMX staat voor Bicycle Motorcross (de X staat dus eigenlijk voor cross). De sport komt oorspronkelijk uit de Verenigde Staten. In 1971 waren daar namelijk een paar jongens voor wie motorcrossen niet realistisch was. De motor was te duur, dus gingen ze op de fiets. Ze gingen zelf aan de slag en banen maken die zoveel mogelijk leken op motorcross banen. Waarbij er springheuvels en bochten in zaten. Op dit moment bestaat de sport uit 6 verschillende disciplines. 1 daarvan wordt dus in Nederland Fietscross genoemd.
De sport is door Gerrit Does in 1974 naar Nederland gehaald. Hij was voor de motorcross in Amerika. Hij zag daar van die fietsjes en vond dat eigenlijk een beter alternatief voor de jeugd in plaats van een motor. In 1978 zette hij een organisatie op de zogenaamde Stichting Fietscross Nederland (SFN) Meiden zijn vanaf het begin al betrokken geweest bij deze sport. Na zijn eerste jaar had Gerrit Does namelijk 21 licentiehouders, waarvan 1 meisje!
In de rest van Europa kwam er steeds meer interesse in de sport en ook de AVRO heeft in 1980 verschillende uitzendingen op tv over BMX gemaakt.
In 1979 werd de eerste BMX-wedstrijd gehouden in Nederland. En in 1987 waren er dan ook al 6000 leden van de SFN. In 1981 werd de SFN opgenomen in de Koninklijke Nederlandse Wieler Unie (KNWU). In 1987 kwam daar de Nederlandse Fietscross Federatie(NFF) als tegenhanger bij. Er kwamen BMX-teams zoals Hutch, Redline en Mongoose.
Olympische sport
In 2008, Beijing, werd BMX een Olympische sport. Op de Olympische spelen die daarop volgden in Londen (2012) had Nederland al gelijk een medaille. Laura Smulders veroverde daar brons. 4 jaar later (Rio, 2016) kwam daar de zilveren plak van Jelle van Gorkom bij.
BMX heeft de afgelopen jaren ook de basis gevormd voor andere wielrenners. Zo vinden Bas de Bever, Anneke Beerten, Elis Ligtlee, Harry Laverysen, Jeffrey Hoogland en Robert de Wilde, allemaal hun oorsprong in de BMX-sport.
Al met al heeft BMXen de afgelopen jaren een aardige ontwikkeling doorgemaakt, en als het aan mij ligt stoppen we hier zeker niet mee! Het is een onwijs gave sport met hoge snelheden, gave bulten en een leuke sfeer. Elke training en wedstrijd is weer anders. Op dit moment telt Nederland meer dan 64 BMX-banen. Ik zou dus iedereen aanraden om het een keer te proberen! Het leuke aan BMX is namelijk ook dat zodra je kunt fietsen, je een poging kunt wagen!
En zeg nou zelf, op zo’n gave baan fietsen is toch veel leuker dan op de weg?
In mijn volgende blog zal ik meer vertellen over hoe het nu kan dat we zo hard gaan op van die kleine fietsjes.
Tot dan! Groetjes,
Bronnen:
https://nos.nl/artikel/2178763-helikopter-jantje-en-hoe-bmx-overwaaide-vanuit-de-vs.html